September 2022

Griekenland 5

Deze maand begint voor ons in de noordbaai van Paros. We doen een duikje en gaan daarna weer naar de westbaai bij Paroikia want er komt een meltemi aan. Ons zusterschip Bella Ciao komt daar ook naar toe, een leuk weerzien na enkele maanden. We lunchen met kennissen uit Marina di Ragusa, wandelen in het stadje en daarbuiten en na een paar dagen is de meltemi weer over en gaan we naar de ankerplek tussen Paros en Antiparos in. Hier is een goede kitesurf spot en kunnen Paula en Frits direct aan de bak. Dan volgen een paar dagen met weinig wind waarin we een duikje doen en ik wat rondzeil in de Happy Cat. Als de wind weer wat aantrekt kan Paula zich verder bekwamen in het kiten maar na een paar dagen komt er echt een stille periode aan. Wij gebruiken die rustige tijd om in een paar hopjes naar Kos te zeilen waar mijn neefje en zijn vriendin bij ons op bezoek zullen komen. We blijven nog een dagje op Astypalaia hangen en steken dan over naar Kos om daar voor de volgende meltemi te zijn. Dan komen na een paar dagen Bart en Vera aan en gaan we met hun zeilen, duiken, wakeboarden, windsurfen, supskieën, suppen, kayacat zeilen en boulen. We bezoeken het vulkaaneiland Nisyros en zeilen dan weer terug naar Kos waarvandaan Bart en Vera weer terug naar Nederland vliegen. Wij gaan naar Kos City waar we Relax (Finse vrienden) ontmoeten.

De route van deze maand:

We beginnen deze maand voor anker achter een heel klein eilandje in de noordelijke baai van Paros met natuurlijk, geheel volgens Grieks gebruik, een kerkje.

We gaan aan de zuid-oost kant van dit eilandje een duikje doen.

Niet spectaculair, maar toch wel mooi.

Mediteraianean encrusting sponge.

Na het duikje zeilen we weer terug naar de westelijke baai. Er is een Meltemi op komst en in deze baai liggen we bijzonder beschut.

De volgende dag komt ook Bella Ciao (ons zusterschip) hier aan.

Wandeltje op het eiland. Er is hier een oud klooster dat we bezoeken.

Het gebouw ziet er erg goed onderhouden uit. En zoals dat hoort bij het Grieks Ortodoxe geloof hangt de kerk vol glimmertjes en snuisterijen.

Graf deksel…

Usfie.

Daarna zo’n lekkere gyros maaltijd en dan weer terug naar de boten.

De 3e is de Meltemi nog niet tot ontwikkeling gekomen. Dat is vaak zo, meestal begint het een dag of twee, drie later dan in het weerbericht staat.

De 4e gaan we met bekenden uit Marina di Ragusa (Jim, Reili, Miabelle en Zaffy de hond) en Frits en Reinhilde lunchen in het dorp.

Volgens haar moeder kiest Miabelle altijd iemand uit om te gaan irriteren (haar woorden, niet de mijne!). Dat is Paula geworden (pffff, gelukkig zat ik ver genoeg weg).

Het is wel een schattig kindje en spreekt vloeiend Engels, Frans, Ests en een beetje Italiaans.

De Meltemi begint inmiddels behoorlijk door te zetten, maar daar merk je in deze baai niet zo heel veel van. Het is kennelijk ook geen reden om de optimistjes binnen te houden. Gek genoeg varen er nu al twee dagen geen veerboten meer.

Dan kan ik wel even een klusje doen. Uit een stuk multiplex zaag ik deze driehoekjes en ik zaag een ceder latje op lengte. Dan even wit verven met twee componenten verf en laten uitharden.

Dan het binnen stuurwiel eraf schroeven (die gebruiken we toch nooit en hij kan er ook zo weer op).

Kijk, dan heb ik een hele mooie plaats voor mijn piano gecreëerd. Die steuntjes grijpen in de openingen van de kastjes en kunnen er ook zo zonder schade weer uit gehaald worden.

Het stadje ligt aan de lagerwal kant van de baai. Hier spatten intussen een beetje golfjes tegen de kade. Als je met de kijker buiten de baai kijkt zie je dat daar de golven enorm zijn.

Na twee dagen veerbootstilte is er dan vandaag één veerboot aangekomen. Het is gelijk een enorme drukte.

Fotootje van de golven buiten. Het ziet er nog niet erg leuk bevaarbaar uit.

We doen even een wandeltje rond de baai naar de noordkant. Ieder pand dat hier staat is bar of hotel. En aan de strandkant van de weg liggen de strand terrasjes zij aan zij. De concurrentie moet moordend zijn.

Klein stukje de berg op aan de noordkant van de baai. Deze baai heeft de aangename eigenschap dat de meltemi er overheen waait zonder hem echt te raken.

Dan de 8e is de meltemi weer weg en zeilen we naar de ankerplek tussen Paros en Antiparos om te gaan kiten.

De wind is naar een comfortabele 10 tot 15 knopen afgezakt, maar de deining loopt nog even door. Bella Ciao is lui en gaat alleen op het fokje.

Wij ook.

En dan kan er gekitet worden. Paula wordt er steeds beter in.

De volgende dag is er heel weinig wind en om te kiten heb je minimaal 13 knopen nodig. Dus om toch op het bord te staan gaan we dan maar even wakeboarden achter de rubberboot.

Frits heeft een foil setje gekocht en die onder één van zijn boards gemonteerd. Die moeten we natuurlijk ook even uitproberen.

Kijk, het vliegen lukt aardig, al is het maar kort.

De 11e is er weer geen wind, dus gaan we een duikje doen. Buiten de baai net noord van Antiparos reizen een aantal rotspilaren zo uit de diepte. Dat willen we wel eens onder water bekijken.

Dit is dan zo’n pilaar / mini eilandje.

En dit ben ik, onder water.

Wie dit is weet ik niet, maar hij heeft als familienaam Serranus Cabrilla.

En dit is Paula.

Het is hier erg mooi onder water. Heel veel grote rotsblokken en heel veel visjes.

Sparisoma Cretense (mediterane papagaaivis).

En nog meer visjes.

En een mooi kokerwormpje mag natuurlijk ook niet ontbreken.

De 12e is er weer wind. Nog niet heel erg veel, maar net genoeg.

Dus spullen in de bijboot, naar het strand.

Dan uitladen, opblazen en wegscheuren.

Dit is een compilatie van een aantal dagen kiten. Soms met wat minder succes, maar toch steeds vaker met veel succes. Paula kan nog niet zonder reddingboot want ze wint nog niet echt hoogte en dan hoeft er maar iets te gebeuren of je verliest hoogte en komt dus niet meer terug. Maar het gaat steeds beter.

Intussen hebben we ook de Happy Cat weer eens in elkaar gezet en kan ik daarmee tussen de kite sessies door een beetje rondscheuren.

14 september ’s avonds. We eten nog een laatste keer samen met Frits en Reinhilde. Morgen gaan wij verder en zullen we ze enkele maanden niet meer zien.

15 september, wij vertrekken richting Kos en zwaaien nog even naar de Bella Ciao, het was weer erg gezellig samen. Er is bijna geen wind de komende dagen, maar er zijn eilandjes genoeg onderweg om te stoppen voor de nacht, dus we dobberen gewoon die kant op.

Gennaker (164m2) erop en ruime wind naar het zuid-oosten. Er is tussen de 4 en 6 knopen ware wind schuin van achteren dus wij lopen ook zo ongeveer 4 tot 6 knopen maar dan met een schijnbare wind iets schuin van voren.

En dan zijn we na een aantal uurtjes heerlijk dobberen 35 mijl verderop bij Antikeros.

We ankeren tussen Antikeros en Drima in. Het is inmiddels helemaal blak geworden.

En dan de volgende dag (16e) richting Astypalaia, zo’n 45 mijl verderop. Dit is Amorgos met een flinke wolk op de top.

Er is vandaag zo’n 5 tot 10 knopen wind. Eerst aan de wind, later iets ruimer dus gaan we onder grootzeil en code-0, samen zo’n 190m2. Ik vind dit echt super zeilen. Geen golven, een mooie bootsnelheid en alle tijd en rust om een boekje te lezen, piano te spelen, aan de blog te werken en af en toe de zeilen iets bijstellen voor nog meer snelheid.

Daar komt de Chora van Astypalaia al in beeld.

Uit veiligheids overwegingen bouwden ze vroeger de steden vaak op de hoogste berg. Beter uitzicht en makkelijker verdedigbaar. En dan op de top van die stad nog weer een ommuurd gedeelte.

De 17e gaan we de Chora bekijken.

Het is een buitengewoon steile weg.

Gelukt!

Nou ja, de buitensteden dan. De echte Chora moet nog komen.

Dit is dan de echte Chora. Een doolhof van nauwe steegjes en alles even mooi wit geverfd.

Het wit met blauw staat eigenlijk voor de Griekse vlag. Tijdens de perioden dat deze gebieden veroverd waren door de Ottomanen (Turken) was dit hun manier om toch een soort van Griekse vlag te kunnen uitdragen.

Een heel solide en professioneel aangelegd waterleiding systeem.

En dan komen we bij de Kastro, het ommuurde gedeelte van de Chora.

Tegenover de toegangspoort uitzicht op de boot.

En dit is dan de toegangspoort.

Van de huizen binnen de Kastro staat niet zoveel meer overeind, behalve de kerken dan.

Het verschil in staat van onderhoud tussen de kerken en de rest is verbazend.

Hier zit ik in één van de oude huizen.

En als je goed kijkt zie je dat ik uitzicht op de boot heb.

Het uitzicht naar het noord-oosten. Astypalaia is een heel erg dor en droog eiland. We willen hier volgend voorjaar nog eens gaan kijken hoe het er dan uitziet.

Uitzicht op de haven.

Na de afdaling zeilen we naar een volgend baaitje (Analipsis) op hetzelfde eiland.

Een heel mooi beschut baaitje en we liggen er helemaal alleen.

We wandelen even naar het vliegveldje op en neer. Ook hier is alles heel erg dor en droog. De vijgenbomen hiervoor verliezen zelfs hun blad.

’s Avonds eten we in een klein restaurantje vlak bij de havenpier. Paula is binnen gaan betalen en ze wordt onmiddelijk vervangen.

Dan vertrekken we de 18e naar Kos. De 22e komen Bart en Vera (neefje en zijn vriendin) ons bezoeken en de komende dagen lijkt er weer een meltemi te komen dus willen we er voor die tijd zijn. Het weer ziet er ineens volledig anders uit dan we gewend zijn. Een dik donker wolkendek in plaats van een strak blauwe lucht. Wordt het nu al winter?

En dit is de zuidwest punt van Kos. Gelukkig trekken de wolken al weer een beetje weg.

19 september, de lucht ziet er weer normaal uit. Vandaag gaan ze de Queen begraven. Nou ja, niet echt begraven, maar toch wel zoiets. Wij gaan naar de noordkant van het eiland wandelen.

Kijk, dit kan hier nog gewoon. Kennelijk zijn hier geen “Nederlandse” jongeren die naast een uitkering de inhoud van deze dingen willen hebben zonder eerst een pasje aan te vragen.

Zo ziet de noordkant van Kos er uit. Vrij vlak met verderop een beginnende bergrug die langs de zuidoost kant loopt.

Badstrand en kite strand op de noordkant. Dat eiland dat je vaag links aan de horizon ziet is Kalymnos.

De 20e gaan we naar Kardamaina, ongeveer in het midden van de zuidkant van Kos. We hebben een pittig windje (een beetje Meltemi) en gaan met drie reven in het grootzeil en een puntje fok die kant op.

Kardamaina is een mooi toeristen plaatsje. Heel veel restaurantjes, van die smalle straatjes met snuisterijen winkels en we horen heel veel engels, duits en nederlands.

’s Avonds wordt het weer mooi wind stil.

De 22e lopen we naar het vliegveld om Bart en Vera op te halen. Op deze plek begint ook de bergketen die langs de oostelijke helft van de zuidkant van Kos loopt.

Hun vliegtuig was bij wijze van uitzondering slechts 10 minuten te laat van Schiphol vertrokken en kwam zelfs iets te vroeg aan. Het plan was de 6,5 kilometer heen te lopen en met Bart en Vera een taxi terug te nemen, maar helaas geen taxi. Wel een enorme rij mensen wachtend op een taxi, dus als er al taxi’s komen zal het lang duren voor we aan de beurt zijn. De bus zou pas over twee uur gaan dus gaan we lopen.

Na een lunch en een wandeltje door het stadje gaan we een partijtje boule op het strand spelen.

En daarna even afkoelen in het water.

De volgende ochtend zeilen we langs de zuidkant van Kos naar het westen. Daar is een mooie ankerplaats met een klein eilandje ervoor waar we een duikje willen gaan doen.

Eerst gaan Vera en ik. Het water is door de Meltemies van de afgelopen tijd behoorlijk afgekoeld naar nog maar 22 graden. Maar met een dun pak aan is dat nog wel te doen.

Vera heeft al eens een introductie cursus in het zwembad gehad en in 2017 bij ons al eens een miniduikje gedaan en heeft er zin in.

Het is hier ongeveer twee en een halve meter diep, maar toch ben je in een hele andere wereld zodra je onder water gaat.

Je bent dan gelijk in je eigen aquarium.

Mooi gecamoufleerd koffervisje.

Dan is het de beurt aan Bart en Paula. Dat wordt een heel kort duikje want Bart was met het snorkelen toen ik met Vera onder water zat al te ver afgekoeld.

Zo, iedereen weer aan boord en bibberend terug naar Safari.

Dan de 24e doen we een watersport dagje. Bart wil wel eens leren windsurfen. De wind is hier zo vlak voor de kust redelijk rustig, al zijn er nog wel behoorlijke vlagen bij.

Het lukt Bart na één les in ieder geval om het zeil uit het water te krijgen en een idee te hebben hoe je kunt sturen en een klein beetje te zeilen. Maar na twee uur beginnen toch de armspieren wat te protesteren.

Dan is het Vera’s beurt. Vera trekt uit alle macht maar krijgt met haar lage gewicht het zeil gewoon niet uit het water. We proberen haar er nog wat bij te helpen, maar dit zeil is voor haar gewoon te groot.

Dan gaan we wakeboarden. Voor Paula een fluitje van een cent met haar kite ervaring, dus geeft ze even een flitsende demo.

En dan is het Vera’s beurt.

Na enkele pogingen lukt het haar ook uitstekend op het board te staan.

Bart krijgt het niet voor elkaar dus gaan we supskiën (water skiën op de surfplank). Dat gaat wel heel erg goed.

En dan rond een uur of 4 zeilen we naar het volgende eiland, Gyali, zuid van Kos.

Gyali is eigenlijk één grote mijn. Er wordt vulkaanglas (wit zand) en basalt gewonnen. Ik vermoed dat over enkele jaren dit eilandje helemaal plat zal zijn.

De volgende ochtend gaan we redelijk op tijd naar Nisyros, enkele mijlen zuid van Gyali. Dit eiland is eigenlijk één grote vulkaan met in het midden een krater waar je doorheen kunt lopen. De vulkaan is niet meer echt actief, maar er komt in en rond de krater nog wel overal zwavel uit de grond opborrelen.

We huren een auto en gaan op weg. Hier is in een dorpje enkele kilometers van de vulkaankrater een natuurlijke sauna. Hier binnen is het ruim 65 graden, door aardwarmte. Als je dan weer naar buiten stapt voelt de 28 graden ineens behoorlijk fris.

Verder is het een mooi dorpje.

Hier tussen Bart en Vera de krater van de vulkaan. Daar rijden we dadelijk naar toe.

En hier is ie dan.

Je moet 3 Euro betalen om erin te mogen, maar ze nemen toch maar weinig verantwoordelijkheid.

Er zijn nog behoorlijk wat mensen in de krater, maar de meesten lopen al weer terug naar de touringcars.

Usfie.

180 graden wide shot. We zijn nog alleen in de krater. En ja, die drie zijn stiekum achter mijn rug omgelopen om twee keer op één foto te komen….

Dit is zo’n zwavel gat. Hier ontsnapt loeihete zwaveldamp en dat stinkt verschrikkelijk.

Dit is nog een oudere krater. Ook hier komt nog steeds zwavel vrij.

Dan rijden we naar het hoogste plaatsje op het eiland en eten een hapje. Dat katje had ook honger en liet dat goed merken.

Na de lunch rijden we naar de andere kant van het eiland, bekijken de hoofdplaats en een oud kasteel en rijden dan een weg in waar monestery staat aangegeven. Dat klooster stelt niets voor, maar ineens zien we de krater weer, maar nu vanaf de zuidkant.

En dan gaan we in de hoofdplaats een biertje drinken en wachten op de sunset.

Bart en Vera hebben een camera waarmee je enorm kan inzoomen. Blijkt dat de zon helemaal niet in zee zakt maar in een eilandje.

De 26e zeilen we weer terug naar Kos en ankeren voor Kardamaina. Bart en Vera vertrekken morgen vroeg weer terug naar Nederland.

Maar eerst nog weer een beetje watersport!

En dan als het weer wat afkoelt een laatste partijtje boule.

En dan de 27e vroeg in de morgen zijn de koffertjes weer gepakt en is het tijd om naar de bushalte te gaan.

De bus gaat nu wel op een handige tijd en gek genoeg staat ook de taxiparkeerplaats vol met taxis.

Twee uurtjes later zien we hun vliegtuig langskomen. We hebben een hele leuke tijd gehad.

Wij zeilen dan naar Kos City, op de oostkant van Kos.

We ankeren voor de stad, tussen de marina en de oude haven in.

Ze hebben hier zelfs fietspaden en ook fietsen!

Verder is het een gezellig toeristisch stadje.

Er is een oud kasteel.

In de binnenstad allemaal van die nauwe steegjes met toeristenwinkels en terrasjes en zo.

De 28e komt ook Relax (onze Finse vrienden Pekka en Tuula) hier aan.

29 september, tijd voor een klusje. De stof van de rits in het achterste schaduwkleedje scheurt ineens doormidden. Blijkt helemaal vergaan door de uv.

Maar we hebben nog wel een nieuwe rits. Die zal dan ook wel weer 8 jaar meegaan.

’s Avonds BBQ op Safari met Tuula en Pekka.

De 30e zeilen we weer naar Gyali. Morgen gaan we naar Simi.

En dan is de maand weer om. Dit is al weer de één na laatste maand van dit vaarseizoen, het gaat weer veel te snel. Het begin van de maand hebben we een gezellige tijd gehad met ons zusterschip, aan aantal duikjes gedaan en Paula heeft veel kunnen kiten. Daarna zijn we in korte dagtochtjes naar Kos gezeild. Astypalaia was zeer de moeite waard, en ook Kos is een heel mooi eiland. We hebben een erg leuke tijd gehad met Bart en Vera. En nu hebben we het gezellig met onze Finse vrienden van Relax. Al met al weer een leuke maand. Eind oktober zullen we de volgende blog plaatsen.

1 reactie op “September 2022